Een paar dagen voor de aftrap van het Indoor Wereldkampioenschap hockey in Kroatië, werken de Indoor Red Lions aan hun laatste voorbereidingen. In deze context van spanning en verwachting, wie beter dan hun kapitein, Philippe Simar, om de Belgische ambities te bespreken? Tussen zijn terugkeer na een blessure, hun status als underdog en de sleutels tot succes op het toernooi, spreekt hij vrijuit.
En om dit interview te leiden, hebben we een beloftevolle pen: Nathan Friedlingstein, een jonge hockeyfanaat van Orée U14, die hier zijn eerste interview voor Backstick neerzet. Een openhartig gesprek waar ervaring en frisheid elkaar ontmoeten.
We zijn een week verwijderd van het WK. Hoe voel je je voor deze competitie?
Goed. Persoonlijk steeds beter. Ik ben in maart geopereerd en ben pas een maand geleden opnieuw begonnen. Nog niet helemaal op 100%, maar over tien dagen zou het in orde moeten zijn.
Wat zal de status van België zijn op dit WK? Outsider? Favoriet?
Favoriet, nee. Want je hebt natuurlijk Oostenrijk en Duitsland, die er waarschijnlijk bovenuit steken. Maar goed, in Europa zou ik zeggen dat wij daarna komen. Dus vanuit een Europees standpunt, zou ik zeggen dat we voor een podium moeten gaan. Maar er zijn ook veel wereldteams die totaal anders spelen. Zoals Zuid-Afrika, Australië, Iran. Dat zijn teams die we kunnen verslaan, maar waar we ook van kunnen verliezen.
Wat wordt het belangrijkste in jullie parcours?
Ik denk dat het belangrijkste is om te proberen eerste te worden in de poule, zodat we een haalbare kwartfinale hebben. En daarna, een kwartfinale is een kwartfinale. Dan zien we wel tegen wie we uitkomen, als we zover geraken.
Hebben jullie al bepaalde teams uit jullie groep geanalyseerd, zoals Namibië of Australië?We focussen ons voorlopig op ons eigen spel, dat nog niet optimaal is. Maar het is nu eenmaal moeilijk om zulke teams te analyseren, omdat we niet veel videomateriaal hebben. We hebben video's van twee jaar geleden. Van het Wereldkampioenschap in Zuid-Afrika. Maar zoals je weet, in zaalhockey veranderen de teams elk jaar. De spelers zijn niet meer dezelfde. We hebben die teams dus nog niet echt geanalyseerd.
En jullie groep is min of meer haalbaar. Hij bestaat uit Namibië, Australië en Trinidad-Tobago. Wat vind je van deze groep? En tegen welk team moet je vooral opletten qua spel?
Je moet voor iedereen oppassen. Want zoals ik al zei, die teams, ook al zijn ze op papier misschien zwakker dan wij, spelen totaal anders. En een zaalwedstrijd duurt 40 minuten, dus alles kan gebeuren. Namibië, die hebben we twee jaar geleden in Zuid-Afrika gespeeld. Ik denk dat we met 5-2 hebben gewonnen. Dus Namibië moeten we duidelijk winnen. Trinidad-Tobago, daar heb ik geen idee van. Maar als we onze doelstellingen willen bereiken, moeten we dat soort teams verslaan en Australië is een goed team.
Als kapitein, hoe ga je de spelers begeleiden die voor het eerst aan een WK deelnemen?Dat zijn Max Langer, Dorian Thierry en Nathan Denis. Dodge heeft al heel wat ervaring. Niet per se in indoor, maar hij heeft wel, toen hij jonger was, gespeeld bij de Red Lions Outdoor. Dus alles wat stress of competitie betreft, daar is hij mee vertrouwd. Max Langer is jong, maar ik denk niet dat hij snel bang is. In ieder geval, als je kijkt naar het Europees Kampioenschap dat hij vorig jaar speelde, denk ik niet dat we ons zorgen moeten maken. Het komt er gewoon op aan om hen vertrouwen te geven. Wat er ook gebeurt, het zijn wedstrijden zoals de andere.
Wat het voorbereidend toernooi betreft dat jullie begin januari speelden, we hebben wisselvallige resultaten gezien. Welke punten moeten we onthouden van deze competitie en moeten we ons zorgen maken over deze resultaten, zelfs als het een vriendschappelijk toernooi was?
Ik denk dat we ons helemaal geen zorgen moeten maken. Waarom? Omdat we twee keer tegen Oostenrijk speelden. Je moet weten dat Oostenrijk, het team dat ze op het toernooi in Wenen hadden, niet hetzelfde was als dat van het Europees Kampioenschap. Ze hadden alle anciens teruggebracht. Enfin, de anciens, ze zijn geen 40 jaar, maar wel de ervaren jongens die al meerdere keren Wereldkampioen zijn geweest. We moeten toch erkennen dat Oostenrijk in indoor één of twee stappen voorligt. Ze kennen elkaar al tien jaar en vormen altijd dezelfde ploeg. Ze staan bekend om hun sterkte in de zaal. We hadden het beter kunnen doen, dat is duidelijk. Vergeet niet dat wij op dat moment net terugkwamen van tien dagen vakantie zonder training. In zaalhockey hadden we vijf maanden voor ons en vier trainingen per week. Zij zitten al drie maanden onafgebroken samen. Dus ik zou me daar niet te veel zorgen over maken.
Wat zijn jullie sterke en zwakke punten?
Ik denk dat we met de bal echt pijn kunnen doen met jongens als Zimmer, een Max Langer voorin, een Gaëtan Descamps, een Dylan Englebert. Ik geloof dat we heel onverwachte dingen doen waar mensen niet op rekenen. Aan de andere kant, ons zwakke punt zou onze verdedigende structuur kunnen zijn, die nog afgesteld moet worden. Het doel is niet om vijf doelpunten tegen te krijgen en er zes te moeten maken. We moeten proberen minder doelpunten tegen te krijgen en dan kunnen we het ons permitteren om minder te scoren. Dus ik zou zeggen zwak punt, verdedigende structuur en discipline voor nu, en sterk punt, alles wat offensief is, met onze individuele spelers.
Wat is je persoonlijke doelstelling in dit Wereldkampioenschap?
Zoals in elk ander toernooi, is het om mijn job te doen. En mijn job is om veel doelpunten te maken. Dus mijn doel is natuurlijk scoren. Ze rekenen op mij in de cirkel om te scoren. Of dat nu op PC is, op strafbal of in het spel. Ik eindig telkens als topscorer. Dus ik zou dat graag blijven doen. En daarnaast, een klein doel is ook om nuttiger te zijn vanuit verdedigend oogpunt, wat mijn zwak punt is. Dus als ik dat kan verbeteren, zou dat ook top zijn.
We gaan nu een klein spelletje doen.
Je moet de beste Red Lion creëren.
De techniek? Tanguy Zimmer.
De pass? Gaëtan Dykmans.
De fysieke conditie? Dylan Englebert.
Het spelinzicht? Tanguy Zimmer.
De sprint? Dylan Englebert.
De shoot-out? Nicolas Bogert.
En de competitiviteit? Gaëtan Dykmans.
Beste sleep? Philippe Simar 😊
Voilà, een prachtige inkijk in het Belgische kamp, waar het enthousiasme van de jonge interviewer de ervaring van de aanvoerder mooi in balans houdt. De Red Lions zijn er duidelijk klaar voor!
Comments